Om een gezonde beplanting uit te voeren in een tuin of in potten en bloembakken dient men bij het begin te beginnen, namelijk bij de grond. Een goede grondbewerking en een goede aanplant staan garant voor een gezond bodem-en plantleven.

Een paar basisprincipes zullen u helpen in de tuin als in het beplanten van potten en bloembakken. Waaruit bestaat de tuingrond? Uit de helft holtes en de helft vaste delen. De holtes zijn gevuld met water en lucht. De vaste delen bestaan uit organische delen en mineralen. Wat u het beste ziet en voelt in de grond zijn de mineralen: grind, zand, leem en klei. De kleinste bestanddelen in de grond zijn de kleideeltjes (kleiner dan 0.002mm), de grofste zijn het grind (groter dan 2 mm). Elke tuingrond bestaat uit een samenstellingen van die verschillende deeltjes.. De ene bevat meer klei, de andere meer zand. Zelfs binnen een tuin kan de samenstelling van de grond wijzigen van de ene hoek naar de andere. Hoe kleiner de bestanddeeltjes hoe meer de grond gaat kleven, hoe meer hij het water vasthoudt, hoe minder er lucht in kan (kijk naar die gele kleigrond), hoe meer het bodemleven verstikt en hoe slechter hij bewerkt kan worden.

Met zand en grind is het juist het tegenovergestelde. Meer zand betekent een losse goed bewerkbare grond met meer lucht, minder water, maar met dus veel meer kans op uitdrogen, minder voedingsstoffen die met het doorspoelen van het water meegevoerd worden en dus ook minder bodemleven. Zoals in zoveel zaken is een goede evenwichtig het streefdoel. De organische delen vloeien voort uit de afbraak van dierlijk -en plantenleven. In een niet verteerde toestand ziet u duidelijk die organische stoffen in en op de grond onder de vorm van afgevallen blad, versnipperde twijgjes, afgestorven onkruid, stro, mest. Dit materiaal wordt dan door het bodemleven (regenwormen, aaltjes, slakken, bacteriën, schimmels, algen) afgebroken tot een zeer complexe stof namelijk de humus. Deze voor het bodemleven zo belangrijke humus staat garant voor een gezonde bodem en een gezonde plant. Bruin van kleur vormt die als het ware de katalysator van al het leven in en op de bodem. En al dit leven speelt zich af in de bovenste 15 cm van de bodem.

U begrijpt waarom het zo desastreus is om een pallet stenen op een kleigrond te droppen of om met een bobcat of een kraan over de bodem heen te manoeuvreren, ja zelfs om op een beregende bodem over en weer te stappen. Als de grond vast komt te liggen komt er geen zuurstof meer binnen en sterft het bodemleven af. De kleikorreltjes koeken samen en de grond wordt een met water doordrongen verzuurde onvruchtbare en onbewerkbare modderpoel. Wat het water in de bodem betreft, kan men stellen dat water het vervoermiddel is van de voedingsstoffen in de bodem naar de wortelhaartjes van de plant. Zonder water gaat de plant doorhangen en kan zich niet meer voeden. Een teveel aan water sluit de zuurstoftoevoer af en brengt het afsterven van de wortelhaartjes met zich mee. Maak ook het onderscheid tussen oppervlaktewater en grondwater. De grondwatertafel mag in de winter niet te hoog komen anders blijven de wortels van uw sierheesters of fruitbomen constant in dit water staan en rotten gewoon weg. In de winter hoeft u slechts een spade in de grond te teken om te zien hoe hoog die tafel ligt. Lucht in de grond is levensbelangrijk voor het aërobe bodemleven (die het organische stof afbreekt in die 15 cm dikke bovenlaag) en voor het leven van de plant. Waar water is, kan echter geen lucht zijn. De evenwichtige verhouding tussen deze twee factoren is dus onontbeerlijk voor het verdere verloop van het verhaal. Vandaar dat het ook zo belangrijk is een bodem nooit onbedekt te laten want de regen doet de kleideeltjes bijeenslempen en verstopt zodoende de luchttoevoer.

U ziet nu ook in dat het afdekken van de bodem met een gronddoek tegen het onkruid of het aanbrengen van een dikke laag boomschors oordeelkundig moet worden overwogen. De bodem is één en al leven. Een leven dat ons doet eten en ademen en drinken. Want we hebben het nog niet gehad over de talloze symbiosen, over alle macro-organismen, over alle micro-organismen en alle micro-elementen (de zg. spoorelementen) die in één vierkante meter tuingrond aanwezig zijn. Als men dat leven op peil houdt en het nodige doet om het te voeden, dat loopt de rest van het plantleven gesmeerd.

Waaruit bestaat potgrond? Een mengeling van verschillende soorten turf. Turf is plantaardig afval die in vochtige omstandigheden al een ontbinding heeft ondergaan. Het is zeer zuur materiaal want bij gebrek aan lucht levert turf een soort ruwe, geen al te goede humus op. Die verschillende soorten turf worden vermengd met kalk en soms met organische of chemische meststoffen. Naargelang de kwaliteit van de gemengde turfsoorten verkrijgt men duurdere of goedkopere potgrond. Voor het vullen van potten of bloembakken, neem steeds de beste kwaliteitspotgrond want in sommige goedkopere mengelingen zijn de componenten onvoldoende ontbonden, is te veel zand aanwezig en onvoldoende controle op de chemische samenstelling.